In een vorige bijdrage werd erop gewezen dat architecten sinds kort verplicht verzekerd moeten zijn voor beroepsfouten, met minimale wettelijk opgelegde waarborgen (zie CFO MAGAZINE, jaargang 11, nr. 10). Deze verplichting geldt niet voor de andere bouwpartners zoals (bouw)aannemers en studiebureaus. Een neveneffect hiervan is dat in geval van samenlopende fouten met die andere bouwpartners, bij insolvabiliteit van die anderen de verzekeraar van de architect het volledige gelag dreigt te moeten betalen. Bij samenlopende fouten die tot dezelfde schade leiden geldt immers “in solidum” aansprakelijkheid van zij die in de fout gingen. “In solidum” aansprakelijkheid betekent dat de benadeelde bouwheer het geheel van zijn schade kan vorderen van wie hij dit wenst - lees: van de aansprakelijke die solvabel is - ook al zou diens aandeel in de schade miniem zijn. Door zijn verplichte verzekering, is de architect omzeggens per definitie solvabel en zal de neiging om de architect en zijn verzekeraar te viseren dan ook zeer groot zijn. Niet alleen de schade lijdende bouwheer zou die neiging kunnen hebben, maar onwillekeurig zou dat bij een procedure ook kunnen gelden voor gerechtsdeskundigen of magistraten.