Terug naar overzicht
28 mei 2013

Berekening van de opzeggingsvergoeding voor een werknemer die tijdskrediet neemt: the story continues…

De berekeningsbasis van het loon voor de opzeggingsvergoeding van een werknemer die ouderschapsverlof neemt, moet gebeuren op basis van het voltijds loon dat hij verdiende voordat hij ouderschapsverlof nam en niet op basis van het verminderde loon. Maar voor een werknemer die tijdskrediet neemt, liggen de kaarten anders: de berekeningsbasis is in dat geval het verminderde loon. Het Grondwettelijk Hof oordeelde al dat die verschillende behandeling géén schending van het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel impliceerde.

Het Arbeidshof te Gent heeft in een arrest van 14 januari 2013 dit verschil in behandeling echter getoetst aan het E.U.-recht, meer bepaald aan het artikel 157 VWEU dat stelt dat discriminatie inzake verloning tussen mannen en vrouwen verboden is, althans voor gelijk(waardig) werk. Het Hof komt tot de vaststelling dat de ogenschijnlijk neutrale Belgische wetsbepaling op het ogenblik van het ontslag (in 2002) discriminerend was aangezien beduidend meer vrouwen van het tijdskrediet gebruik hebben gemaakt. Het Hof besluit dan ook dat de opzeggingsvergoeding moet worden berekend op basis van het loon voor onverminderde prestaties, een levelling-up dus.